Het volgen van de status van een applicatie is hoe een Single Page Application (SAP) wijzigingen vastlegt en deze aan de gebruiker rapporteert. In tegenstelling tot een sjabloonframework, view, controller (MVC), leidt SAP de gebruiker niet om en heeft daarom een manier nodig om aanstaande wijzigingen aan de clientzijde te beheren. Raadpleeg deze -gids om MVC-frameworks te bekijken.
In React kunnen componenten zelf hun eigen status aan en dienovereenkomstig opnieuw spawnen. Dit gebeurt door middel van levenscyclusmethoden, die hier uitgebreid worden besproken. Voor de doeleinden van dit artikel zullen we bekijken hoe je toestanden kunt wijzigen met setState.
In deze handleiding wordt verondersteld dat je enigszins bekend bent met React. Om de basisprincipes van React te bekijken of te leren, bevat dit artikel enkele van de beste leermiddelen van React.
Wat is React setState?
De React setState-methode is als het veranderen van de status van een component met stabiliteit. Er zijn een paar specifieke regels voor het wijzigen van de status in React.
- setState kan niet worden aangeroepen in een klassecomponent. De componenten van de klasse roepen de constructor () -methode
aan en stellen deze in op een beginstatus. Vervolgens kunnen we de status verderop wijzigen door setState aan te roepen.
Er zijn twee verschillende soorten componenten in React. Het is de functionele component en de klassencomponent. Voor onze doeleinden praten we alleen met de componenten van de klas. Voor een meer diepgaande blik op dit artikel over de verschillen tussen functionele en klasse componenten. - Door setState alleen aan te roepen in een klassecomponent, kunnen we rechtstreeks naar de component zelf verwijzen met het trefwoord this. Het aanroepen van
this.setState ()
is de beste werkwijze en zorgt ervoor dat uw code niet breekt. - Wijzig de status niet rechtstreeks. Directe statusverandering wordt niet geregistreerd bij Reageren op spawnen. Het hele punt van statusverandering is om een nieuwe interpretatie van dat onderdeel te activeren om de wijzigingen weer te geven die aan de gebruiker zijn aangebracht.